Column: Bouwen met natte voeten

–Cees Steijger

Bouwen in oostelijke richting, aan de dijk: het klinkt logisch, maar het levert Zeewolde straks flink wat kopzorgen op. Althans, als we de woorden van dijkgraaf Hetty Klavers serieus nemen. En dat doen we.

Tijdens een drukbezochte bijeenkomst van Rotary Club Zeewolde legde Klavers uit waarom bouwen op landbouwgrond steeds riskanter wordt. De oorzaak? Bodemdaling én extremer weer. “Je moet zoveel mogelijk ruimte geven aan de bodem,” aldus Klavers. “De bodem werkt als een spons: die kan water opnemen als het regent, en weer afgeven in drogere tijden. Hoe meer ruimte je daarvoor neemt, hoe beter je bestand bent tegen klimaatverandering.”


Zeewolde moet de komende decennia rekening houden met bodemdaling. Op lagergelegen delen betekent dat: nóg meer wegpompen van water. Zeker op plekken die nooit voor woningbouw zijn bedoeld, zoals aan de Ossenkampweg.
De boodschap van de dijkgraaf is helder: bouw zo compact mogelijk, en ga de hoogte in. Hoogbouw dus. Tenzij… je bouwt op locaties die daar al op zijn ingericht. Zoals het G-gebied.
Het G-gebied ligt hoger, op de oude Spiekerzandbank waarop ook een deel van Zeewolde-Zuid is gebouwd. De bodem is er stabieler, de waterafvoer al ingecalculeerd. Toch ligt woningbouw hier politiek gevoelig. De ChristenUnie – ooit zelf bedenker van een grootschalig bouwplan voor het gebied – is inmiddels van mening veranderd, samen met Leefbaar Zeewolde. Beide partijen willen nu terug naar een idee van 25 jaar geleden: een ontmoetingsbos.
Zeewolde Liberaal ziet dat anders. De liberale inwonerspartij stelt voor om sportcomplex De Horst te verplaatsen naar het G-gebied en daar een modern, open sportlandschap te creëren in een groene omgeving. Zo komt op de huidige locatie aan de Horsterweg ruimte vrij voor broodnodige, duurzame woningbouw — zonder dat we landbouwgrond opofferen of de waterhuishouding in gevaar brengen.
Misschien is dat wel het echte ‘voortschrijdend inzicht’.

Bouwen in oostelijke richting, aan de dijk: het klinkt logisch, maar het levert Zeewolde straks flink wat kopzorgen op. Althans, als we de woorden van dijkgraaf Hetty Klavers serieus nemen. En dat doen we.
Tijdens een drukbezochte bijeenkomst van Rotary Club Zeewolde legde Klavers uit waarom bouwen op landbouwgrond steeds riskanter wordt. De oorzaak? Bodemdaling én extremer weer. “Je moet zoveel mogelijk ruimte geven aan de bodem,” aldus Klavers. “De bodem werkt als een spons: die kan water opnemen als het regent, en weer afgeven in drogere tijden. Hoe meer ruimte je daarvoor neemt, hoe beter je bestand bent tegen klimaatverandering.”

Zeewolde moet de komende decennia rekening houden met bodemdaling. Op lagergelegen delen betekent dat: nóg meer wegpompen van water. Zeker op plekken die nooit voor woningbouw zijn bedoeld, zoals aan de Ossenkampweg.

De boodschap van de dijkgraaf is helder: bouw zo compact mogelijk, en ga de hoogte in. Hoogbouw dus. Tenzij… je bouwt op locaties die daar al op zijn ingericht. Zoals het G-gebied.
Het G-gebied ligt hoger, op de oude Spiekerzandbank waarop ook een deel van Zeewolde-Zuid is gebouwd. De bodem is er stabieler, de waterafvoer al ingecalculeerd. Toch ligt woningbouw hier politiek gevoelig. De ChristenUnie – ooit zelf bedenker van een grootschalig bouwplan voor het gebied – is inmiddels van mening veranderd, samen met Leefbaar Zeewolde. Beide partijen willen nu terug naar een idee van 25 jaar geleden: een ontmoetingsbos.

Zeewolde Liberaal ziet dat anders. De liberale inwonerspartij stelt voor om sportcomplex De Horst te verplaatsen naar het G-gebied en daar een modern, open sportlandschap te creëren in een groene omgeving. Zo komt op de huidige locatie aan de Horsterweg ruimte vrij voor broodnodige, duurzame woningbouw — zonder dat we landbouwgrond opofferen of de waterhuishouding in gevaar brengen.

Misschien is dat wel het echte ‘voortschrijdend inzicht’.